Ik herinnerde me dat ik een afspraak had met Eduardo. Hij had op wonderbaarlijke wijze een internet-account geregeld. Iedere week ging ik bij hem langs om een halfuurtje de digitale media te checken op gebeurtenissen in de wereld. Ik betaalde Eduardo tien peso’s per keer. Bovendien zette zijn vrouw María Teresa de beste koffie van de wereld. Ik liep langs de universiteit Centro Havana binnen. Op Infanta stond een aantal straatverkopers met gebrande cd’s. Ik keek of er iets bijzat. De meeste had ik al eerder gekocht. Ik zocht een cd met oude nummers van Los Van Van, de klassiekers uit de jaren zeventig. De verkoper had het niet en probeerde me een paar reggaeton-cd’s te slijten. Er is weinig op de wereld waar ik een grotere hekel aan heb dan aan reggaeton, antimuziek waar zelfs een hardhorend paard suicidaal van wordt. Ik wilde me uit de voeten maken maar toen ik mij omdraaide werd mij de weg versperd door een jonge kerel met een donkere zonnebril op.
‘Hey, amigo, wil je deze niet hebben?’ Hij lichtte een doek op die over een stapel dvd’s lag.
‘Nee, dank je. Ik heb geen speler.’
‘Kijk dan man! Je weet niet wat je mist! Dit spul kan je nergens anders in Havana krijgen. Echte topkwaliteit. Voor maar vier dollar.’
Hij deed me denken aan Stevie Wonder. Ik deed net alsof ik hem een stomp in zijn maag wilde geven. Hij gaf geen krimp. Het klopte, hij was stekeblind.’
‘Kijk dan.’ Hij hield me een dvd voor. Het was Oost-Europese porno.
‘Jezus, waar haal je dat nou vandaan? Hoe weet je dat dat zo goed is? Man, je bent hartstikke blind!’
‘Nou en?’ Daar had hij een punt. Je moet je nooit laten beperken door een handicap.
‘Ik zou maar uitkijken. Als ze je hiermee pakken ben je de lul.’ Hij liet een fluitend geluid tussen zijn tanden ontsnappen om me kenbaar te maken dat hij zich had ingedekt.
byby